De drie grootste Soefi scholen.

Het is mogelijk om de ideologieën van de extreme Sufisten in drie categorieën te verdelen.

(1) De eerste categorie: de volgers van de Illuministische school van filosofie. Dat zijn de mensen die meer belang hechten aan filosofische ideeën dan aan het zich ontdoen van het wereldse leven. Wat er bedoelt wordt met 'Illuminisme' is dat de ziel verlicht wordt door licht, wat het hart doordringt en een resultaat is van spirituele oefeningen, het trainen van de ziel en het straffen van het lichaam om zo de ziel te herstellen en te zuiveren. Dit is iets waarmee je alle Sufisten zou kunnen kenmerken, behalve dat de mensen uit deze categorie hier een lijn trekken en niet vervallen in wat degenen zeggen over dat Allaah in Zijn Schepping zit, of dat alles Allaah is. Echter deze weg van hun staat in contrast met de Islaam, en is van de afwijkende religies genomen zoals het Boeddhisme en anderen die daaraan verwant zijn.

(2) De tweede ideologie is die van hen die geloven in hulool, zij die zeggen dat Allaah zich manifesteert en incarneert in de mensen, Verheven en ver is Allaah hiervan verwijdert. Hiertoe werd openlijk opgeroepen door sommigen van de extreme Sufisten, zoals al-Husayn ibn Mansoor al-Hallaaj, die tot ongelovige was verklaard door de geleerden. Zij bevolen dat hij geëxecuteerd moest worden en hij was in het jaar 309H gekruisigd. De volgende uitspraak komt van hem:

"Verheerlijking aan Hem die Zijn menselijke aard vertoonde, de doordringende helderheid van Zijn goddelijkheid verbergend. Tot Zijn schepping Hem openlijk zag, in de vorm van één die eet en drinkt." [1]

En ook:

"Ik ben degene die liefde heeft en Degene die geliefd wordt ben ik, Wij zijn twee geesten die in één enkele lichaam verblijven. Dus wanneer u mij ziet, ziet u Hem, en wanneer u Hem ziet, ziet u ons beide."

Al-Hallaaj geloofde dus in hulool en geloofde in de tweevoudigheid van de aard van het goddelijke en dat de Godheid beide had, een goddelijke en een menselijke aard. Aldus incarneert het goddelijke in de mens, zodat de menselijke geest/ziel de goddelijke natuur is van de Godheid en het lichaam is zijn menselijke vorm.

Ondanks het feit dat hij gedood is voor zijn slechte afvalligheid, hoewel sommige van de Sufis zich van hem vrij pleiten, achten anderen hem als Sufi, houden zijn overtuigingen voor correct aan, en schrijven zijn woorden op. Tot hen behorende zijn Abdul 'Abbaas ibn 'Ataa al-Baghdaadee, Muhammad ibn Khaleef ash-Sheeraazee en Ibraheem an-Nasraabaadhee, zoals overgeleverd is door al-Khateeb al-Baghdaadee.

(3) De derde ideologie is die van wahdatul wujood, i.e. dat alles dat bestaat een enkele realiteit is, en dat al hetgeen wij waarnemen alleen aspecten zijn van het Wezen van Allaah. De hoofdclaimer van dit geloof is ibn 'Arabee al-Haatimee at-Taa'ee, die in Damascus begraven is na zijn sterven in 638H. Hij zegt zelf over zijn geloof in zijn boek al-Fatoohaat-ul-Makkiyah:

"De dienaar is de Heer en de Heer is een dienaar, ik wou dat ik wist welke nodig was om de nodige plichten ten uitvoer te brengen. Als ik de dienaar zou zeggen dan is dat waar, of als ik de Heer zou zeggen, hoe kan dat dan nodig voor Hem zijn." [2]

Ook zegt hij in al-Fatoohaat:

"Zij die het kalf aanbaden, aanbaden niets anders dan Allaah." [3]

Ibn 'Arabee wordt "al-'Aarif billaah" (degene die veel kennis heeft van Allaah) genoemd, door de Sufis, en ook "al-Qutubul Akbar" (de grote middelpunt), "al-Miskul Adhfar" (de zoetst ruikende musk), "al-Kibreetul-Ahmar" (de meeste rode zwavel), ondanks zijn geloof in wahdatul wujood en andere rampzalige uitspraken. Ja zelfs prees hij Fir'awn (Farao), en verklaarde dat hij met imaan is gestorven! Bovendien spreekt hij Haroen tegen in zijn kritiek jegens de aanbidding van het kalf, door zijn mensen, aldus in directe tegenstelling tot de tekst van de Qor-aan. Ook beweert hij dat de Christenen alleen maar ongelovigen zijn omdat ze uitverkorenheid alleen aan 'Isa toeschrijven, terwijl wanneer ze dat in het algemeen aan allemaal hadden gedaan, dan waren het geen ongelovigen. [4]

Vanuit deze groep kwam ibn Basheesh, die zei:


"O Allaah redt mij van het slijk van Tawheed, en verzuip mij in het centrum van de eendracht van de zee, en meng mij in de staat van eendracht en eenheid totdat ik niet zie, noch hoor, noch voel behalve daardoor."

Voetnoten:

[1] Toegeschreven door al-Wakeel aan het boek at-Tawaaseen van al-Hallaaj (pag. 130)

[2] Al-Fatoohaat-ul-Makkiyyah zoals het toegeschreven is door Dr. Taqiyyuddeen al-Hilaalee in zijn boek al-Hadiyyatul-Haadiyah (pag. 43)

[3] Geciteerd alszijnde de uitspraak van ibn 'Arabee door ibn Taymiyyah in al-Fataawa (vol. 11) die het kenmerkt aan het boek al-Fatoohaat.

[4] Ondanks alle schromelijke afdwaling van ibn 'Arabee en het feit dat de geleerden hem als een ongelovige verklaarden, wordt hij geëerbiedigd door de Sufis en anderen die geen onderscheid maken tussen de waarheid en valsheid, en zij die afkeren van het accepteren van de waarheid zelfs wanneer het zo helder is als de zon. Maar zijn boeken, welke gevuld zijn met duidelijke afvalligheid, zoals al-Fatoohaatul Makkiyyah en Fusoosul Hikam circuleren nog steeds. Hij heeft zelfs een tafseer, die hij at-Tafseerul-Baatin heeft genoemd, aangezien hij (de mening) toegedaan is dat er een zichtbare en een verborgen betekenis voor iedere ayah (bestaat), dus de uitwendige betekenis is voor de mensen van Ta'weel.

0 reacties:

Een reactie posten